Europees toezicht medische hulpmiddelen faalt
Vandaag besteden diverse media aandacht aan het gebrekkige toezicht op de marktintroductie van medische hulpmiddelen, zoals implantaten. Zoals bekend is Van der Goen Advocaten al jaren betrokken bij onder meer de rechtszaken betreffende metaal-op-metaal (MoM) heupprothesen en bekkenbodemmatjes. In 2015 schreef mr. J.J. van der Goen reeds over deze problematiek (zie hieronder).
Door de mazen van het mandarijnennetje
Onder deze titel verscheen in het laatste nummer van de uitgave ZIP, Zorg & Recht in de Praktijk, een artikel van de hand van Joël van der Goen van ons kantoor. Hierin behandelt deze de problematiek van de medische hulpmiddelen waarin ons kantoor gespecialiseerd is en waarover wij ook eerder berichtten.
Medische hulpmiddelen, zoals heupprothesen en bekkenbodemmatjes, vertonen namelijk te vaak gebreken waardoor ernstige klachten ontstaan. Dit komt doordat de producent in veel gevallen te weinig aandacht besteedt aan het (klinisch) testen van medische hulpmiddelen, artsen snel overtuigd raken van het nut van door producenten aangeprezen producten en de overheidscontrole vrijwel afwezig is. Dit laatste wordt duidelijk geïllustreerd door het televisieprogramma Radar (dat meerdere uitzendingen wijdde aan de problematiek van de medische hulpmiddelen) waarin een mandarijnennetje geregistreerd werd als bekkenbodemmatje (een medisch hulpmiddel dat geïmplanteerd wordt om organen na een verzakking te ondersteunen).
In het artikel wordt betoogd dat artsen en patiënten langdurig blijven kiezen voor falende medische hulpmiddelen door twee factoren: gebrekkig toezicht op de toelating van deze producten op de Europese markt en de afwezigheid van een schriftelijke informatieverplichting door artsen.
Aan beide hiaten in de regelgeving zou de overheid zo snel mogelijk een einde moeten maken.