Uit de pers
In de zaak van Ryan Boers tegen Erasmus Medisch Centrum treden wij op voor het slachtoffer van een medische fout.
Uit de Telegraaf van 11 januari 2005:
‘Ziekenhuis erkent fout bij dood kind’
door René Steenhorst
ROTTERDAM, dinsdag
Onder druk van de Inspectie voor de Gezondheidszorg heeft het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam de aansprakelijkheid aanvaard voor de dood van een 12-jarig kind uit Krimpen aan den IJssel. Met de ouders van de jongen is een beperkte financiële regeling getroffen. De raad van bestuur van het ziekenhuis heeft de nabestaanden intussen schriftelijk excuses aangeboden.
De ernstig zieke Ryan Boers stierf half mei 2003, enkele dagen nadat hij in een badkuip van het Sophia Kinderziekenhuis in Rotterdam onwel geworden was en vervolgens onder water was geraakt. Op het moment van het drama was geen verpleegkundig toezicht aanwezig.
Het ziekenhuis heeft steeds keihard tegengesproken verantwoordelijk te zijn voor het overlijden van de tiener. Het stelde zelfs letterlijk in een opvallend kil commentaar aan deze krant: „Deze patiënt is nu in bad overleden, maar het had net zo goed thuis in bed kunnen gebeuren.” Daarmee doelend op de vrij zeldzame bloedziekte waaraan Ryan Boers leed.
De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) stelde echter onlangs dat de jongen „nóóit verlaten had mogen worden” en dat het ziekenhuis het veiligheidsprotocol had moeten opvolgen. Bovendien oordeelde de IGZ dat „door de leerling-verpleegkundige en de verantwoordelijke verpleegkundige een onvoldoende zorgvuldige afweging had plaatsgevonden van de broze gezondheidstoestand van Ryan”. De verpleging had besloten bedden te gaan opmaken op een nabijgelegen zaal en liet de jongen aan zijn lot over.
De raad van bestuur van het Erasmus MC geeft nu toe dat er een verkeerde inschatting van de gezondheidstoestand van het patiëntje is gemaakt. En stelt ook onomwonden vast dat indien er wel verpleegkundig toezicht in de badkamer van het Sophia Kinderziekenhuis was geweest, dit direct ingrijpen had mogelijk gemaakt. Ryan was dan mogelijk niet door verdrinking overleden.
Het ziekenhuis en de advocaat van de ouders, mr. B. van der Goen uit Soest, hebben met elkaar per contract afgesproken dat inhoudelijk geen nadere mededelingen worden gedaan over de afhandeling van het drama. De raad van bestuur van het Rotterdamse universiteitshospitaal stelt echter wel te hebben geleerd van deze zaak. Zij heeft tot strikte beveiliging van patiënten in badkamers besloten om dergelijke drama’s voortaan uit te sluiten.
